- Emotionele problemen, zoals:
vaak boos zijn;
snel ruzie maken;
druk of teruggetrokken gedrag;
snel of veel huilen;
onzekerheid;
een negatief zelfbeeld. - Sociale problemen, zoals:
moeite in de omgang met leeftijdsgenootjes en/of volwassenen;
geen vriendschappen hebben, maar dit wel graag willen;
pesten of gepest worden. - Meegemaakte ingrijpende gebeurtenissen zoals:
het verlies van een dierbare;
echtscheiding van ouders;
een ongeluk;
een ziekenhuisopname;
mishandeling;
misbruik of een ander trauma. - Lichamelijke klachten die geen medische oorzaak hebben, bijvoorbeeld:
slecht slapen;
onverklaarbare hoofd- of buikpijn;
een terugval in zindelijkheid;
concentratieproblemen. - Ook kunnen kinderen moeite hebben met het accepteren van de eigen situatie, zoals:
een lichamelijke of verstandelijke beperking of een chronische ziekte van zichzelf of een gezinslid;
een verandering in de gezinssituatie;
adoptie;
een uithuisplaatsing.
Speltherapie
“Spel is de taal van het kind”